Terug
Gepubliceerd op 23/12/2021

Besluit  Gemeenteraad

di 21/12/2021 - 20:00

Delegatiereglement en verrichtingen die uitgesloten zijn van visumverplichting - vaststellen

Aanwezig: Kathleen Ghyselinck, Wd. voorzitter gemeenteraad
Lieve Van Lancker, Wd. burgemeester
Willem Rombaut, Kristof Agache, Laure Reyntjens, Benedikte Demunck, Schepenen
Wim Vanbiervliet, Hilde Claeys, Antoine Van Nieuwenhuyze, Trudo Dejonghe, Lutgard Vermeyen, Leen Gryffroy, Christel Verleyen, Liselotte Thienpont, Erik Van de Velde, Ann Vandenbussche, Marthe Van Den Abbeele, Evelyne Gomes, Ina Quintyn, Hannes Eechaute, Raadsleden
Veerle Goethals, Algemeen directeur
Verontschuldigd: Vincent Van Peteghem, Voorzitter gemeenteraad
Feiten en context

Onderstaand delegatiereglement betreft de vaststelling van het:

  • Begrip dagelijks bestuur, dat inhoudt dat bevoegdheden gedelegeerd worden van de raad naar het college van burgemeester en schepenen.
  • Delegatiereglement van de raad naar het college van burgemeester en schepenen voor bevoegdheden die niet exclusief toegewezen zijn aan de raad.
  • Vrijstelling van het visum.

 

Budgethouderschap

Het college van burgemeester en schepenen treedt op als hoofdbudgethouder. De bevoegdheden vermeldt in de definitie dagelijks bestuur kunnen gedelegeerd worden naar de algemeen directeur, die verder kan delegeren naar andere personeelsleden.
De andere gedelegeerde bevoegdheden kunnen binnen de grenzen van het decreet lokaal over het bestuur (niet) verder gedelegeerd worden.

 

Uitgaven binnen beschikbare kredieten

Artikel 265 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat een verbintenis alleen mag worden aangegaan als de financiële gevolgen ervan tijdens de periode van het meerjarenplan passen binnen de ramingen van het meerjarenplan en als de financiële gevolgen voor het lopende boekjaar passen binnen de limitatieve kredieten voor dat boekjaar in het meerjarenplan.

Als het lokaal bestuur nog niet over uitvoerbare kredieten beschikt voor het lopende boekjaar, is het aangaan of het wijzigen van verbintenissen onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring door de raad. Het lokaal bestuur kan dan alleen verbintenissen aangaan of wijzigen die behoren tot de exploitatie en die verband houden met de courante werking en de bestaande dienstverlening.

De beoordeling van beschikbare kredieten gebeurt op basis van het schema M3 van de meerjarenplanning.

Het uitvoeringsbesluit over BBC bepaalt dat de kredieten limitatief zijn op het niveau van het totaal van de:

  • Exploitatie-uitgaven
  • Investeringsuitgaven
  • Financieringsuitgaven voor toegestane leningen en betalingsuitstel
  • Ontvangsten uit leningen en leasings.

De kredietbewaking mag zelf vorm gegeven worden in de financiële (controle)processen die zich situeren binnen onze organisatieontwikkeling. Ook het beschikbaar stellen van provisies voor personeelsleden wordt daarin opgenomen.

 

Definitie dagelijks bestuur

Definitie dagelijks bestuur slaat op handelingen die betrekking op de regeling van de behoeften van het dagelijks leven, de zaken van gering belang en de zaken die naar snelheid van optreden een dringend karakter vertonen.
Beheersdaden kunnen met/zonder financiële impact, wel of niet administratief van aard zijn, die gesteld worden voor het algemeen onderhoud, in stand houden  van gebouwen, nemen van beschermende maatregelen ter vrijwaring van gemeentelijke eigendommen, … .

Daden van beheer

Artikel 56, §3,1° van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen van gemeente De Pinte.

 

Daden van beschikking

Artikel 56, §3,8° van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor het stellen van daden van beschikking over roerende goederen, met uitzondering van het aangaan van dadingen.

Artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat de raad de daden van beschikking over onroerende goederen niet kan toevertrouwen aan het college met uitzondering van:

  • Artikel 56, §3,8° van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beschikking:
    1. Over roerende goederen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen.
    2. Over verhuring, concessie, pacht, jacht- en visrechten van meer dan negen jaar, behalve het vaststellen van de contractvoorwaarden waarvoor de raad bevoegd blijft.
  • Artikel 6 van het decreet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging stelt dat de gemeenteraad de gemeentelijke grafconcessies verleent. De raad kan de bevoegdheid opdragen aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Samenwerkingsovereenkomsten

Artikel 41, 5° stelt dat het goedkeuren van beheersovereenkomsten en samenwerkingsovereenkomsten zoals vermeld in artikel 196 (Gemeente, OCMW), artikel 234 (gemeente, AGB), artikel 249 (gemeente, gemeentelijke vennootschap) niet kan toevertrouwd worden aan het college van burgemeester en schepenen.

 
Overheidsopdrachten

Artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat het vaststellen van de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten toebehoort aan de raad, tenzij de opdracht past binnen het begrip dagelijks bestuur of nominatief toevertrouwd werd aan het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 56 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat het voeren van de plaatsingsprocedure, de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten toebehoort het college van burgemeester en schepenen.

In beide gevallen is een verdere delegatie naar algemeen directeur, personeelsleden gemeente mogelijk.

 

De rollen en processen om overheidsopdrachten aan te gaan werden geactualiseerd. De rol van de deskundige aankoop en gebouwen (aangeworven voorjaar 2021) staat centraal.

De verdere operationele werking wordt in financiële (controle)processen (ifv de organisatieontwikkeling) opgenomen.

Artikel 4 uit het vorige besluit dagelijks bestuur dd. 14 december 2020:

  • Dat het college van burgemeester en schepenen aan overeenkomsten en bijhorende verbintenissen m.b.t. investeringen wijzigingen kan aanbrengen die het bij de uitvoering van de opdracht nodig acht voor zover hier geen bijkomende uitgaven van meer dan 10 procent uit voortvloeien en dit binnen de grenzen van de beschikbare kredieten werd niet weerhouden.
    Immers voor bijkomende uitgaven moeten de regels uit de overheidsopdrachtenwetgeving gerespecteerd worden en kunnen deze enkel gerealiseerd worden binnen de beschikbare kredieten. Bij onvoldoende krediet moet er voorafgaande goedkeuring gevraagd worden aan de raad, zowel voor de uitgaven als de bijkomende uitgaven.

Delegatie

In het decreet over het lokaal bestuur worden niet alle bevoegdheden exclusief toegewezen aan de raad. Deze kunnen gedelegeerd worden aan het college van burgemeester en schepenen.

Financiering

Sinds 30 juni 2017 is de overheidsopdrachtenwetgeving niet van toepassing voor het aangaan van leningen. Maar in kader van behoorlijk bestuur is een marktbevraging (gelijkheidsbeginsel, vrije markteconomie, mededinging) aan de orde.
De bevoegdheid over het aangaan van leningen wordt niet geregeld in het Decreet over het lokaal bestuur. Voor onderwerpen waarvoor de bevoegdheid decretaal niet is vastgelegd geldt dat de raad bevoegd is. De raad kan deze bevoegdheid delegeren aan het college op grond van artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur.
Het daadwerkelijk opnemen van de middelen uit de financieringsovereenkomst is bevoegdheid van de financieel directeur, deze bevoegdheid kadert in zijn taak aangaande het liquiditeitenbeheer.


Beleggingen

De bevoegdheid over het beleggen van kapitalen voor langer dan 1 jaar wordt niet geregeld in het Decreet over het lokaal bestuur. Voor onderwerpen waarvoor de bevoegdheid decretaal niet is vastgelegd geldt dat de raad bevoegd is. De raad kan deze bevoegdheid delegeren aan het college op grond van artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur.


Vaststellen retributies

Artikel 41 van het decreet lokaal over het bestuur stelt dat het vaststellen van retributies voorbehouden bevoegdheid is van de raad.
De raad beslist over de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen.
Het tarief zelf en de bepaling van de wijze van inning kunnen aan het college van burgemeester en schepenen gedelegeerd worden.
Hierdoor kan op een vlotte manier ingespeeld worden op veranderende omstandigheden, bv. prijsaanpassingen.


Algemeen personeelsbeheer

Artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat onderstaande bevoegdheden geen exclusieve bevoegdheid van de raad zijn en deze kan delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.

  • Artikel 186 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat de raad de rechtspositieregeling vaststelt. Wijzigingen in de wetgeving vragen om sneller de rechtspositie te actualiseren. Van rechtswege is de regeling van toepassing op het personeelslid van het OCMW dat de gemeente bedient.
  • Elke organisatie staat in voor het maken van een arbeidsreglement. Dit wordt niet geregeld in het decreet over het lokaal bestuur. Voor onderwerpen waarvoor de bevoegdheid decretaal niet is vastgelegd geldt dat de raad bevoegd is. De raad kan deze bevoegdheid delegeren aan het college op grond van artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur.
  • Artikel 161 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat de raad het organogram vaststelt. Het geconsolideerd organogram is vaker onderhevig aan interne verschuivingen (vb. arbeidsvolume sociale maribel, wijzigingen operationele werkvloer (Via 6, nieuwe maatschappelijke functieinvulling, ...). Om sneller en soepeler te kunnen veranderen is het aangewezen om het vaststellen organogram te delegeren.
  • De personeelsformatie wordt niet meer opgelegd als verplicht instrument. Het blijft gelden zolang de raad – of, na delegatie, het bevoegde orgaan – de personeelsformatie niet opheft en door iets anders vervangt. Voor onderwerpen waarvoor de bevoegdheid decretaal niet is vastgelegd geldt dat de raad bevoegd is. De raad kan deze bevoegdheid delegeren aan het college op grond van artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur.

 
Dagelijks personeelsbeheer

Artikel 41 en 57 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat het vaststellen van het dagelijks personeelsbeheer geen exclusieve bevoegdheid van de raad.
Voor onderwerpen waarvoor de bevoegdheid decretaal niet is vastgelegd geldt dat de raad bevoegd is. De raad kan deze bevoegdheid delegeren aan het college op grond van artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur.
Het vaststellen van het begrip dagelijks personeelsbeheer is van belang om de bevoegdheid van de algemeen directeur over personeelsbeheer vast te kunnen leggen.
Dit begrip is ingevuld in het besluit van de raad op 30 september 2019, dit besluit en haar latere wijzigingen blijven van kracht.

Visum

Artikel 266 van het decreet over het lokaal bestuur stelt dat de financieel directeur de voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom onderworpen zijn aan een voorafgaand visum, voordat enige verbintenis kan worden aangegaan.

De Vlaamse Regering stelde de categorieën van verrichtingen vast die niet kunnen worden uitgesloten van de visumverplichting. Het gaat om volgende verrichtingen:

  • De aanstelling van statutaire personeelsleden;
  • De aanstelling van contractuele personeelsleden voor onbepaalde duur;
  • De aanstelling van contractuele personeelsleden voor een periode van één jaar of meer;
  • De verbintenissen waarvan het bedrag hoger is dan 50 000 euro;
  • De verbintenissen die een contractuele looptijd hebben van meer dan één jaar en waarvan het jaarlijks bedrag hoger is dan 25 000 euro;
  • De investeringssubsidies waarvan het bedrag hoger is dan 10 000 euro

 Het besluit van de raad van 17 december 2018 waarbij "Vrijgestelde verrichtingen visumverplichting" bleef onveranderd, maar werd om het de leesbaarheid van het geheel te vergroten geïncorporeerd in dit besluit.

 

Rapportering

Jaarlijks zal er over bovenstaande elementen gerapporteerd worden.

Hogere regelgeving
  • Burgerlijk wetboek
  • Wet van 18 december 2002 houdende wijziging van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen
  • Decreet van 16 januari 2004 betreffende de begraafplaatsen en de lijkbezorging
  • Decreet over het Lokaal Bestuur
  • Wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten
  • Koninklijk besluit houdende bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, van 14 januari 2013
  • Koninklijk besluit houdende de plaatsing van overheidsopdrachten voor de klassieke sectoren van 18 april 2017
  • Wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten
  • Koninklijk besluit van 25 juni 2017 houdende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten
  • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen
  • Bestuursdecreet van 7 december 2018

en hun latere wijzigingen

Vorige beslissingen
  • Besluit van de gemeenteraad van 21 december 2021 in verband met "Arbeidsreglement voor het gemeente- en OCMW-personeel (art.186 §1 en §2, 1° en 2° DLB) - opname van fietspolicy in de bijlage"
  • Besluit van de gemeenteraad van 31 augustus 2020 in verband met "Arbeidsreglement voor het gemeente- en OCMW personeel (art.186 §1 en §2 , 1° en 2° DLB) - vaststelling"
  • Besluit van de gemeenteraad van 25 oktober 2021 in verband met "Geïntegreerd organogram en de daaruit voortvloeiende formatie van het gemeente- en OCMW-personeel - Aanpassing in functie van VIA 6 akkoord"
  • Besluit van de gemeenteraad van 31 augustus 2020 in verband met "Geïntegreerd organogram en de daaruit voortvloeiende formatie van het gemeente- en OCMW personeel - Aanpassing"
  • Besluit van de gemeenteraad van 31 december 2021 in verband met "Rechtspositieregeling voor gemeente- en OCMW-personeel (artikel 186 § 2 1° en 2° decreet lokaal bestuur) – vaststellen"
  • Besluit van de gemeenteraad van 30 september 2019 in verband met "Definiëren dagelijks personeelsbeheer - vaststelling"
  • Besluit van de gemeenteraad van 14 december 2020 in verband met "Definiëren begrip dagelijks bestuur, nominatief bevoegd orgaan vaststellen voor het vaststellen van plaatsingsprocedure en voorwaarden op overheidsopdrachten"
  • Besluit van de gemeenteraad van 17 december 2018 in verband met "Vrijgestelde verrichtingen visumverplichting (per dringende spoed)"
  • Besluit van de gemeenteraad van 10 december 2015 in verband met “Reglement van de gemeentelijke begraafplaatsen”
Motivering

De huidige definitie dagelijks bestuur bleef jaren inhoudelijk onveranderd. De definitie dagelijks bestuur, en daaraan gekoppeld de delegaties van de raad naar het college van burgemeester en schepenen, waren aan een actualisatie toe. Het bestuur wenst immers op efficiënte manier te werken en in geval van veranderende regelgeving of maatschappelijke omstandigheden kort op de bal te kunnen spelen. Dit delegatiereglement, waarin de definitie dagelijks bestuur, de delegaties en de visumvrijstelling zijn opgenomen, heeft als doel die visie en werkwijze te faciliteren.

Motivatie stemgedrag

De fractie Ruimte kan dit punt niet goedkeuren omdat dit delegatiereglement een te grote inperking van de bevoegdheden van de gemeenteraad en de gemeenteraadsleden vormt. Een inhoudelijk debat omtrent de tarieven van de retributiereglementen, de samenwerkingsakkoorden en de bestekken van de overheidsopdrachten wordt onmogelijk gemaakt volgens de fractie.

De fractie Open Vld kan dit punt niet goedkeuren omdat het klopt dat een bestuur moet kunnen besturen, maar het moet realistisch blijven. Samenwerkingsovereenkomsten, retributiereglementen, … alles wordt geschoven weg van de gemeenteraad waardoor er geen debat meer mogelijk is. Wat de overheidsopdrachten betreft, het bedrag van 250.000 euro excl BTW is – voor een gemeente als De Pinte – veel te hoog. Zeker wanneer kan gespeeld worden met nominatieve en gefaseerde investeringen. De gemeenteraad wordt hierdoor compleet uitgeschakeld en krijgt geen inspraak meer in belangrijke dossiers. Dit kan en mag niet de bedoeling zijn volgens de fractie.

Publieke stemming
Aanwezig: Kathleen Ghyselinck, Lieve Van Lancker, Willem Rombaut, Kristof Agache, Laure Reyntjens, Benedikte Demunck, Wim Vanbiervliet, Hilde Claeys, Antoine Van Nieuwenhuyze, Trudo Dejonghe, Lutgard Vermeyen, Leen Gryffroy, Christel Verleyen, Liselotte Thienpont, Erik Van de Velde, Ann Vandenbussche, Marthe Van Den Abbeele, Evelyne Gomes, Ina Quintyn, Hannes Eechaute, Veerle Goethals
Voorstanders: Lieve Van Lancker, Willem Rombaut, Kristof Agache, Laure Reyntjens, Benedikte Demunck, Kathleen Ghyselinck, Antoine Van Nieuwenhuyze, Leen Gryffroy, Liselotte Thienpont, Erik Van de Velde, Ann Vandenbussche, Hannes Eechaute
Tegenstanders: Wim Vanbiervliet, Hilde Claeys, Trudo Dejonghe, Lutgard Vermeyen, Christel Verleyen, Marthe Van Den Abbeele, Evelyne Gomes, Ina Quintyn
Resultaat: Met 12 stemmen voor, 8 stemmen tegen
Besluit

Artikel 1.
Besluit van de gemeenteraad van 14 december 2020 waarbij "Definiëren begrip dagelijks bestuur, nominatief bevoegd orgaan vaststellen voor het vaststellen van plaatsingsprocedure en voorwaarden op overheidsopdrachten" wordt opgeheven op 31 december 2021.

 

Artikel 2.
Besluit van de gemeenteraad van 17 december 2018 waarbij "Vrijgestelde verrichtingen visumverplichting" wordt opgeheven op 31 december 2021.

 

Artikel 3.

De gemeenteraad stelt het delegatiereglement en verrichtingen die uitgesloten zijn van visumverplichting vast, zoals in bijlage terug te vinden, vast.

 

Artikel 4.
Dit reglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig het decreet over het lokaal bestuur.