De voorzitter opent de zitting op 31/01/2022 om 23:27.
Naar aanleiding van de ontwikkelingen en de beslissingen van de federale overheid betreffende het coronavirus (Covid-19), werd op 19 november 2021 een burgemeesterbesluit opgemaakt waarbij beslist werd dat de raad voor maatschappelijk welzijn enkel nog digitaal zal plaatsvinden.
Wegens afwezigheid van de voorzitter tijdens de zitting van de raad, neemt de voorzitter van het BCSD, mevrouw Kathleen Ghyselinck het voorzitterschap van de raad waar, zoals bepaald in het besluit van de voorzitter van de raad van 27 november 2020 betreffende de vervanging van de voorzitter van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn.
De notulen van de vorige vergadering worden ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.
Enig artikel.
De notulen van de vorige vergadering worden goedgekeurd.
De raad van maatschappelijk welzijn heeft in zitting van 27 april 2020 een lokale aanmoedigingspremie voor personeelsleden die niet telethuiswerken goedgekeurd en nam kennis van de beslissing van het vast bureau in verband met de toekenning van een vergoeding voor telethuiswerk voor personeelsleden. Deze maatregelen werden gekoppeld aan het opgelegde telewerk door het overlegcomité.
De rijksdienst voor sociale zekerheid heeft gemeld dat er sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd zijn op de aanmoedigingspremie en dat deze niet als een vrijgevigheid kan worden beschouwd.
Het lokaal bestuur wenst het personeel gelijk te behandelen en wil daarom de voorgaande beslissingen opheffen en wil ter compensatie een ander extralegaal voordeel voorzien.
Lokale besturen mogen binnen de wettelijke grenzen extralegale voordelen voorzien. Volgens de regelgeving mag men per jaar een maximum van 250 euro aan ecocheques toekennen aan een personeelslid.
De raad van maatschappelijk welzijn heeft in zitting van 30 juni 2020 Ecocheques toegekend naar aanleiding van het sectoraal akkoord 2020 voor de lokale besturen. Vanaf 2021 bedraagt de maximale totale waarde van de ecocheques voor een voltijds personeelslid 100 euro. Deze beslissing werd verankerd in de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW personeel (artikel 186 § 2 1° en 2° en 3° )decreet lokaal bestuur.
Er kan nog een maximum van 150 euro aan ecocheques toegekend worden aan de personeelsleden van het lokaal bestuur.
Protocol van akkoord van de vakorganisaties van 21 januari 2022
Het lokaal bestuur wenst de personeelsleden zoveel mogelijk gelijk te behandelen. Omwille van het feit dat er sociale zekerheidsbijdragen zijn verschuldigd op de lokale aanmoedigingspremie en niet op de thuiswerkvergoeding wenst men beide beslissingen hierin op te heffen. Een lokaal bestuur mag extralegale voordelen voorzien binnen de wettelijke grenzen. Men kan in totaal 250 euro aan ecocheques toekennen aan het personeel.
2022/0-PER/beleidsveld/623140/OCMW/PER/IP-GEEN
Artikel 1.
Aan het personeel van het OCMW wordt éénmalig en uitzonderlijk een bedrag aan ecocheques toegekend.
Artikel 2.
Dit bedrag van de ecocheques wordt bepaald aan de hand van de tewerkstellingsbreuk en de werkelijke arbeidsprestaties in de referteperiode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021.
De maximale totale waarde van deze bijkomende ecocheques voor een voltijds personeelslid bedraagt bijkomend 150 euro.
Het deeltijdse personeelslid heeft recht op een bedrag aan ecocheques à rato van zijn tewerkstellingsbreuk.
Artikel 3.
De ecocheques worden toegekend voor elke dag waarvoor het personeelslid salaris ontvangen heeft en de dagen waarvoor een "jeugdvakantie-uitkering" of een "seniorvakantie-uitkering" verkregen wordt en de aanvullende (Europese) vakantiedagen in de referteperiode. Met zulke dagen worden de dagen moederschapsverlof of bevallingsverlof en de eerste twaalf maanden van de ziekte bij periodes met recht op een uitkering in het kader van de ziekte- en invaliditeitsverzekering gelijkgesteld.
De referteperiode is de periode van 12 maanden die loopt van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 . Bij wijziging in de tewerkstellingsbreuk tijdens de referteperiode wordt op het einde van de referteperiode een gemiddelde genomen om de tewerkstellingsbreuk binnen de referteperiode te bepalen.
Artikel 4.
De hoogste nominale waarde van een ecocheque bedraagt 10 euro. De ecocheques zijn 24 maanden geldig. Ze mogen slechts worden aangewend voor de aankoop van producten en diensten met een ecologisch karakter die zijn opgenomen in de lijst bij cao nr. 98 van 20 februari 2009.
Artikel 5.
Het personeelslid geniet van het voordeel van ecocheques in elektronische vorm.
Artikel 6.
De raad van maatschappelijk welzijn neemt akte van de stopzetting van de uitbetaling van de telewerk vergoeding.
Artikel 7.
De beslissing van de raad van maatschappelijk welzijn van 27 april 2020 betreffende de lokale aanmoedigingspremie voor personeelsleden die niet telethuiswerken wordt opgeheven.
Artikel 8.
Deze extra uitgave zal opgenomen worden bij een volgende meerjarenplanaanpassing
Er zijn geen mededelingen van de wnd. voorzitter.
Op de vraag van de voorzitter wie van de raadsleden een mondelinge vraag wil stellen, wordt genoteerd:
Raadslid Quintyn: één vraag
Raadslid Gomes: één vraag
Raadslid Verleyen: één vraag
2022/IQ/1 Raadslid Quintyn vraagt of de gemeente gratis zelftests gaat aanbieden, na de aanbeveling om zeker leerlingen (wekelijks) te testen. Er zijn ook mensen die geen recht hebben op de verhoogde tegemoetkoming en geen testen aan 1 euro kunnen aankopen.
Er wordt geantwoord dat de medewerkers van de sociale dienst de bezoekers actief informeren over het beschikbaar zijn van gratis zelftests, maar er werd tot op heden geen enkel verzoek ingediend. Naar studenten toe werd geen actie opgezet.
2022/EG/1 Raadslid Gomes vraagt naar de stand van zaken in verband met de vernieuwing van het huishoudelijk reglement en wanneer dit geagendeerd wordt.
Er wordt geantwoord dat er hierover een overleg gepland wordt met de fractievoorzitters.
2022/CV/1 Raadslid Verleyen vraagt welk bedrag het OCMW ontvangen heeft in het kader van de eenmalige aanvulling van het gas- en elektriciteitsfonds 2022 en welke extra maatregelen in het kader van het preventief sociaal energiebeleid zullen genomen worden.
Er wordt geantwoord dat beide vragen nog niet beantwoord kunnen worden en worden besproken met de sociale dienst. De raadsleden worden verder op de hoogte gehouden.
Namens Raad voor maatschappelijk welzijn,
Veerle Goethals
Algemeen directeur
Kathleen Ghyselinck
Wd. voorzitter raad voor maatschappelijk welzijn